Cognitief betekenis
Het staat dus ook in verbinding met ons gedrag, denkwijze en het menselijk brein in het algemeen. Cognitief doelt feitelijk op alle processen die zich in het menselijk brein afspelen.
Uitleg over de betekenis van cognitief
Cognitie is het vermogen om iets te leren. Wat dus met cognitief te maken heeft. Op vrijwel ieder moment van de dag zijn onze hersenen bezig met het verzamelen, verwerken en het opslaan van informatie. Informatie dat op korte termijn of lange termijn weer naar voren kan worden gehaald en kan worden gebruikt of toegepast. De term is moeilijk samen te vatten, maar heeft te maken met waarneming, aandacht, geheugen, denken en taal.
Waar komt het woord ‘cognitief’ vandaan?
Cognitief is afgeleid van cognitie. Wat letterlijk het vermogen om iets te leren betekent. Cognitie is afgeleid van het Latijnse woord ‘cognoscere’, wat kennen en weten betekent. Sinds 1650 maakt het woord ‘cognitie’ onderdeel uit van de Nederlandse taal.
Betekenis cognitief en synoniemen
Synoniemen voor het woord ‘cognitief’ zijn kennend en verstandelijk. De term kan breed worden toegepast, maar heeft feitelijk altijd te maken met hoe onze hersenen informatie verzamelen, verwerken en opslaan. Op basis van de informatie die we als mens verzamelen hebben we bepaalde denkwijzen of gedragen we ons op een bepaalde manier. Intelligentie staat ook in verbinding met het woord ‘cognitief’.
Waarneming
De term ‘cognitief’ is moeilijk te omschrijven, maar het heeft onder andere te maken met waarneming. Onze zintuigen zien, horen en ruiken kleuren, geluiden en geuren. De informatie die we waarnemen wordt in de hersenen verwerkt en opgeslagen.
Aandacht
Aandacht en concentratie heeft ook te maken met cognitief. Onze hersenen zijn druk aan het werk als we ons op een taak moeten concentreren of bijvoorbeeld naar iemand moeten luisteren in een drukke omgeving.
Geheugen
Zowel het korte als het lange termijngeheugen is ook onderdeel van de cognitieve functies. Met ons geheugen kunnen we informatie opslaan en gebruiken. Als voorbeeld kun je bijvoorbeeld je pincode onthouden die je ook vaker gebruikt of een verjaardag die jaarlijks terugkeert. Een duidelijk voorbeeld van informatie, wat je zowel dagelijks als sporadisch gebruikt en dus naar voren haalt.
Denken
Het denkproces is iets bijzonders en behoort ook tot cognitieve functies. Met denken bedoelen we dan hoe we die opgeslagen en verwerkte informatie gebruiken om bijvoorbeeld redeneringen te maken en problemen op te lossen. Ook het nemen van beslissingen valt hieronder.
Taal
Een taal spreken en schrijven is ook een cognitieve functie die onder de paraplu cognitief valt. Om een taal te kunnen spreken en schrijven moet je die eerst leren en begrijpen, voordat je er ook echt mee aan de slag kunt.
Cognitief geheugen
Het cognitieve geheugen is op te splitsen in twee sectoren. We hebben namelijk een korte termijn- en lange termijngeheugen. Duidelijke voorbeelden van kortetermijngeheugen zijn bijvoorbeeld als je een artikel leest en die informatie gebruikt om een vriend of vriendin te informeren of als je bijvoorbeeld een tijdelijke code moet gebruiken om in te loggen op een website. Langetermijngeheugen is informatie, wat je vaker gebruikt en ook voor een langere periode. Denk bijvoorbeeld aan het maken van sommen die je op school hebt geleerd of hoe je een auto moet besturen.
Cognitieve processen in het onderwijs
Cognitieve processen worden in het onderwijs gebruikt om de lesstof af te stemmen op de behoeftes van de leerlingen. Hier wordt uitgebreid onderzoek naar gedaan, zodat de lesstof eenvoudig doch met de juiste inspanningen te leren en te gebruiken is. Denk bijvoorbeeld aan het ontwikkelen van visuele hulpmiddelen, waarmee leerlingen de leerstof beter begrijpen en de informatie opslaan.
Cognitieve ontwikkeling
Cognitieve ontwikkeling vindt al bij de geboorte plaats. Als baby leert de mens al geluiden, klanken, kleuren en geuren te herkennen en tijdens het opgroeien ontwikkelt de mens zich steeds verder. Tot de leeftijd van 12 leert de mens over hoe je met geld moet omgaan, hoe je routes kunt uitstippelen en volgen, hoe je relaties kunt onderhouden en wat rechtvaardigheid inhoudt. Cognitieve ontwikkeling is niet iets wat in het twaalfde levensjaar stopt. Zelfs op latere leeftijd is de mens in staat om steeds weer nieuwe dingen te leren.
Cognitieve ontwikkeling en intelligentie
Cognitieve ontwikkeling staat ook in verbinding met intelligentie. Mensen met een laag IQ, de graadmeter waarmee het intelligentieniveau wordt aangeduid, hebben eerder problemen, moeite om te leren en om zich in te leven. Het probleemoplossend vermogen is doorgaans ook lager dan bij iemand met een hoger IQ. Cognitieve functies worden voor een groot deel genetisch bepaald. Iemand met een laag IQ zou dus in theorie nooit optimale cognitieve functies kunnen ontwikkelen. Ondanks de begeleiding die hij of zij ontvangt.
Cognitieve gedragstherapie
De informatie die wij verzamelen gebruiken we om bijvoorbeeld een mening te vormen of bepalen hoe wij ons gedragen. Met cognitieve gedragstherapie wordt onderzocht hoe gedachten samenhangen met gevoelens en gedrag. Door gedragstherapie kunnen aandoeningen, zoals depressies, angststoornissen en zelfs persoonlijkheidsstoornissen worden behandeld. Ook verslavingen kunnen met cognitieve gedragstherapie worden behandeld.
Aandoeningen en ziekten
Er zijn een groot aantal aandoeningen en ziekten die invloed kunnen hebben op cognitieve processen. Denk bijvoorbeeld aan Alzheimer, waarbij geheugenverlies optreedt. ADHD is eveneens een aandoening die kan leiden tot concentratieproblemen. Autisme is hierin ook een aandoening die ervoor kan zorgen dat er problemen ontstaan met sociale interactie en communicatie met andere mensen.